Vandaag kom je naar het ziekenhuis omdat je geopereerd moet worden. Heb je wat zenuwen? Dat is normaal! Kijk je even mee hoe een opname in het ziekenhuis verloopt? Dan hoef je je geen zorgen meer te maken.
Je volgt 'route 56' naar de vijfde verdieping. Hier liggen alle kinderen die ziek zijn of die geopereerd moeten worden.
Samen met je mama of papa ga je naar het bureau van de verpleegkundigen. Deze vind je als je de groene kikkerpootjes op de vloer volgt.
Je mama of papa geven dan de klevers met je naam op aan de verpleegkundige.
Daarna brengt een verpleegkundige je naar je kamer. Elke kamer is hier een land, dus je verblijft misschien wel in Italië of Spanje.
Je krijgt twee armbandjes met je naam en geboortedatum op, zodat iedereen kan wie jij bent. Als er één van de bandjes zou worden afgeknipt, weet iedereen nog steeds je naam.
Je krijgt ook een sticker opgeplakt op de plaats waar je geopereerd moet worden. Bijvoorbeeld op je hand. De verpleegkundige stelt daarna een paar vraagjes. Bijvoorbeeld: 'heb je deze morgen iets gegeten of gedronken?'
Nu kan je het fotoboek met alle uitleg inkijken, samen met de spelbegeleidster of verpleegkundige, zodat je goed weet wat je allemaal kan verwachten.
Vooraleer je naar de operatiezaal gaat, moet er nog heel wat gebeuren! Eerst en vooral mag je je omkleden. Je krijgt een mooi schortje aan.
Dan nog even naar het toilet en daarna krijg je een siroopje of pilletje om rustig te worden. Van het siroopje kan je wat duizelig of moe worden. Je mag dan niet meer rondwandelen in je kamer.
Als je een pilletje moet innemen, dan drink je dat met zo weinig mogelijk water, omdat je zo nuchter mogelijk moet zijn voor de operatie. Dat betekent dat je niet mag eten of drinken voor de operatie.
Nu ben je eindelijk klaar om naar de operatiezaal te gaan. De begeleidster gaat samen met jou en je mama of papa naar beneden. Ook je lievelingsknuffel mag mee naar de operatiezaal.
Je mag met je bed in de lift naar de operatiekamer. Zo’n grote lift, dat zie je niet elke dag!
Op de tweede verdieping stappen we uit de lift en gaan we via een grote deur naar het operatiekwartier.
In de wachtkamer mag je wachten in de kinderhoek. Er staan mooie tekeningen op het gordijn en op de muren! Je bent hier niet alleen, want je mama of papa mag nog bij je blijven.
Terwijl je wacht, kan je nog wat praten met de begeleidster en geeft hij of zij nog wat uitleg over wat komen zal.
Daar is de verpleegkundige van de operatieafdeling!
Nu kan je afscheid nemen van mama of papa. Maar geen nood, de begeleidster blijft bij je tot je slaapt. Geef je mama of papa nog snel een dikke knuffel.
Wanneer je aankomt in de operatiekamer, legt de begeleidster je op een ander bed. Je mag je lievelingsknuffel bij je hebben totdat je slaapt.
De verpleegkundigen in het operatiekwartier zullen drie stickers op jouw lichaam kleven. Eentje op je rechterschouder, eentje op je linkerschouder en eentje in je zij.
Aan de stickers hangen er kabeltjes die verbonden zijn met een groot computerscherm. Dat is nodig om tijdens de operatie je hartslag en ademhaling te meten. Het gepiep dat je hoort, is je hartslag.
Op je vinger of teen wordt een soort 'wasknijper' geplaatst. Dit doet geen pijn. Dit wasknijpertje meet de zuurstof in je bloed.
De slaapdokter laat je inslapen met een masker. Aan het masker hangt een ballon. Hoe langer je in het masker ademt, hoe groter de ballon wordt.
Even later komt er een geurtje in het masker, maar dit vies luchtje mag je gewoon rustig wegblazen. Soms vertelt de slaapdokter een verhaal en voor je het weet, ben je in dromenland!
Pas nadat je in slaap bent, zal de verpleegkundige je infuus prikken. Hier voel je helemaal niks van, want je bent dan al in dromenland.
Bij grotere kinderen kan er wel al vooraf een infuus geplaatst worden. Dan gebeurt de verdoving met medicijnen via het infuus in plaats van met het masker. De slaapdokter zal dit beslissen.
Eens je in slaap bent begint de dokter met de operatie. Na de operatie vertelt de begeleidster aan jouw mama of papa hoe het verlopen is.
Als je in de ontwaakkamer komt, wordt de verpleegster van de pediatrie verwittigd. Zij brengt je mama of papa dan tot bij jou. Ze zullen er misschien wel een beetje gek uitzien, want ze moeten een lange gele schort aandoen.
Als je goed wakker bent, mag je terug naar je kamer. Je kan je nog steeds een beetje moe voelen, maar je mag rusten en slapen tot je je weer helemaal fit voelt. Dan kan je nog wat spelen in de speelkamer of krijg je speelgoed op je kamer.
Pas als je kan drinken, eten, plassen en wandelen in de gang én de dokter is langsgekomen, ben je klaar om naar huis te gaan. De verpleegkundige laat je weten wanneer je naar huis mag.