31.08.2020

Dr. Marc Parys neemt afscheid na ruim 30 jaar

Onlangs is anesthesist dr. Marc Parys met pensioen gegaan, na een mooie carrière van meer dan 30 jaar in ons ziekenhuis.

DSC 0349

Marc Parys zag het levenslicht in 1955. Niet in België, maar in Popokabaka, Congo. “Mijn vader Guy was huisarts, en in plaats van zijn legerdienst, is hij in Congo gaan werken”, klinkt het. De jonge Marc leerde er Frans en de Afrikaanse streektaal, van z’n zwarte vriendjes. “Ik sprak het zo goed dat ik de klachten van patiënten doorgaf aan m’n vader: zij legden mij hun probleem uit in hun taal, ik vertaalde naar het Frans voor mijn papa.”

Uitstap naar zee... in het water

Maar het Afrikaanse avontuur bleef niet duren: In 1960 vluchtte Marcs mama samen met de vier kinderen naar België, papa Guy volgde enkele maanden later. Het gezin vestigde zich eerst in Leuven, waar Guy overdag anesthesie studeerde en ’s avonds consultaties hield als huisarts. Of zoonlief daar ideeën opdeed? “Ik wou dokter worden, maar niet meteen anesthesist. Je moet weten dat het toen de beginperiode van de anesthesie was als aparte discipline: daarvoor deden de zusterkes dat, of de chirurg zelf. Er was nog geen RIZIV-nomenclatuur en de anesthesist moest zich nog echt bewijzen. Mijn papa redde eens een patiënt van een chirurg, waarop die laatste hem zei: vanaf nu mag je altijd komen.”

Nog een nadeel: de grote druk op het sociaal en familiaal leven. Marc Parys: “Er bestond nog lang geen gsm, en wanneer we met het gezin op uitstap naar zee gingen, was het eerste dat papa daar deed een telefoonhokje zoeken of een restaurant met vaste telefoon. Om te bellen of hij niet naar het ziekenhuis moest. En inderdaad: heel vaak eindigde ons uitje nog voor het was begonnen omdat hij een narcose voor een operatie moest doen. Papa was altijd van wacht, en dat zag ik niet echt zitten. Ik wou oftalmoloog worden (oogarts), maar daarvoor waren er onvoldoende plaatsen, en uiteindelijk koos ik toch voor de anesthesie.”

Met z'n allen lid van de Medische Raad

In 1989 startte Marc Parys als anesthesist in Ieper, en daarmee ging het aantal anesthesisten in het Onze-Lieve-Vrouwehospitaal van twee naar drie: naast Marc ook nog zijn papa Guy en dr. Dirk Demeyer. Marc: “Het hele hospitaal – net verhuisd vanuit de Lange Torhoutstraat naar de Briekestraat - telde toen 3 operatiezalen en 18 artsen (nu zijn er dat 130, red.). We waren allemaal lid van de Medische Raad. Na de zittingen was het de gewoonte dat één van de artsen alle leden en hun partners bij zich thuis uitnodigde. Wij hoopten een beetje dat niet iedereen kom komen, omdat we geen tafels en stoelen genoeg hadden.” (lacht) “Al is het mijn vrouw Kristien en mezelf wel gelukt om iedereen een plaats te geven toen het onze beurt was.”

In de jaren ’96-’97 beginnen fusiegesprekken tussen de drie kleinere regionale ziekenhuizen in de regio: het Hospitaal en de Kliniek Zwarte Zusters in Ieper en het Mariaziekenhuis van Poperinge. “In het begin was even wennen”, geeft dr. Parys toe. “Nieuwe collega’s, andere gewoontes, een deel van je autonomie inleveren... En op meerdere campussen gaan werken. Eerst waren er 3 spoedopnames, 3 operatiekwartieren, 3 afdelingen intensieve zorg en 2 materniteiten. Niet zo praktisch.” (lacht) “Het was wel de enige manier om het toekomstgericht, middelgroot ziekenhuis te worden dat Jan Yperman vandaag is.”

Wat de taak van een anesthesist anno 2020 inhoudt? “In de eerste plaats: patiënten onder narcose brengen voor een operatie, in slaap doen dus”, aldus dr. Parys. “De anesthesist zorgt ervoor dat de patiënt zo weinig mogelijk pijn en stress ondervindt voor, tijdens en na de ingreep. Dat heeft me altijd veel voldoening geschonken.” Anesthesisten doen echter nog veel meer: ze werken op Intensieve Zorg of op de Spoed, doen aan pijntherapie, enzovoort.

Kindjes in slaap babbelen

Volgens z’n collega’s en medewerkers was dr. Parys bijzonder goed in de omgang met kinderen die onder het mes moesten. “Ik vind dat je je patiënt steeds de waarheid moet vertellen, ook als dat een kind is”, aldus dr. Parys. “Maar tegelijk dat je als anesthesist je patiënt wat moet afleiden om hem of haar gerust te stellen. Kindjes heb ik altijd goed aangevoeld. Vooraf sloeg ik een babbeltje met de mama of papa en vroeg ik naar de interesses van hun kind. Met het masker al op de neus vroeg ik hen dan om over hun hobby te vertellen. Door te denken aan iets dat ze graag deden, vergaten ze hun operatie en vielen ze rustig in slaap. Als ze toch onrustig waren en wat huilden, zei ik dat ze dat gerust mochten doen, en dat hielp vaak.”

Wat dr. Parys in z’n carrière van 31 jaar zoal zag veranderen? “Veel technische en medische verbeteringen: de komst van het larynxmasker als alternatief voor het beademingsbuisje, kortwerkender gassen en morfineproducten, de videolaryngoscoop … In Jan Yperman hebben we altijd veel locoregionale verdoving gebruikt, waar mogelijk. Dat betekent dat een deel van het lichaam verdoofd wordt, waardoor de patiënt minder stress ondervindt.”

Elke arts, en zeker iemand die vaak in het OK en op IZ staat, verliest jammer genoeg wel eens een patiënt. “Dat doet pijn, vooral als je de familie ziet lijden. Maar je moet je daarover trachten te zetten, in de wetenschap dat je je uiterste best hebt gedaan. Als een kennis op de operatietafel lag had ik wel wat stress. Iedereen verwacht dat een operatie altijd goed afloopt. Meestal is dat zo, maar niet altijd, zeker niet bij mensen met een slechte gezondheid.”

Elk radertje telt

Dr. Parys wil expliciet al z’n collega-artsen, de verpleegkundigen en alle andere medewerkers van het ziekenhuis bedanken. “Goeie samenwerking is essentieel voor goeie zorgkwaliteit, alleen kun je niets. Elk stukje van de ketting bepaalt de sterkte van die ketting, elk radertje is nodig zodat het machientje goed zou draaien. Dat je op elkaar kunt vertrouwen en respect hebt voor elkaar, maakt het werken des te aangenaam. Ik heb de verpleegkundigen van het OK en van IZ vaak mijn engelbewaarders én de engelbewaarders van de patiënten genoemd.”

Wat dr. Parys straks zal doen, als kersvers gepensioneerde? “Wat meer tijd steken in het stukje grond dat ik samen met m’n broer bewerk. We hebben er fruitbomen, bessen,… Ik ben verder lid van Velt (Vereniging voor Ecologisch Leven en Tuinieren), de vzw Trage Wegen, de Stichting Marguerite Yourcenar… Ik vrees dat ik nog tijd tekort zal komen, net als alle gepensioneerden." (lacht)

“Weet je: ik heb nooit overwogen om elders te gaan werken. Ik voelde me goed en thuis in Jan Yperman, bouwde er iets op, kwam goed overeen met de collega’s. Ik kijk met veel dankbaarheid terug op mijn loopbaan. En ja, ik zal het ook wel missen.”

NIEUWSBRIEF
Swoosh element
Gebogen lijn Gebogen lijn